De Wunderline is het project rond de spoorlijn Groningen – Bremen, gericht op het realiseren van een betere verbinding met een betrouwbare dienstregeling, minder reistijd en meer comfort waardoor deze trein een goed alternatief voor de auto is. Ook zorgt de Wunderline voor een versterking van de grensregio.
De provincie Groningen werkt intensief samen met de Duitse deelstaten, het Land Niedersachsen en Bremen om de Wunderline te realiseren. In februari 2019 sloten zij een samenwerkingsovereenkomst. Ook de Landkreisen, steden en gemeenten langs de spoorlijn werken in het Netwerk Ketenmobiliteit samen aan het verbeteren van de stationsomgeving, de voorzieningen op de stations en de aansluitingen op het lokale openbaar vervoer. Dit zorgt voor goede verbindingen van deur tot deur. Deze integrale aanpak en grensoverschrijdende samenwerking maakt de Wunderline tot méér dan een spoorverbinding.
Het zorgen voor een goede grensoverschrijdende spoorverbinding naar Duitsland leefde oorspronkelijk vooral in provincie Groningen. Na intensief overleg met de Duitse partners en betrokkenen (Landkreis Leer, de IHK in Emden, het Land Niedersachsen en Bremen) is in 2015 gestart met de onderzoeken waarna de Wunderline Samenwerkingsovereenkomst in 2019 is gesloten. Daarna is aan Nederlandse en Duitse zijde begonnen met de verdere planning en uitvoering die wordt gecoördineerd door een gezamenlijke projectorganisatie.
Provincie Groningen en het Land Niedersachsen vormen samen met het Nederlandse ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en Bremen de stuurgroep Wunderline. De voorzitter van de Wunderline stuurgroep is staatssecretaris Frank Doods van Niedersachsen.
Zij zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de verbeterwerkzaamheden aan het spoor en de stations. Deutsche Bahn doet dit in Duitsland en ProRail in Nederland.
Het eerste deel (bouwstap 1) van de verbeterwerkzaamheden van de Wunderline is medio 2025 gereed. De Wunderline wordt opgenomen in de dienstregeling zomer 2025. Tegelijkertijd gaat het project door om de Wunderline te verbeteren en de reistijd verder in te korten.
De Friesenbrücke maakt wat betreft de spoorverbinding direct onderdeel uit van de lijn Groningen – Leer – Bremen; immers, zonder brug geen spoorlijn. Deze brug werd in 2015 door een aanvaring kapot gevaren en de bouwwerkzaamheden voor een nieuwe brug worden in 2025 afgrond. De realisatie van Bouwstap 1 van de Wunderline en de Friesenbrücke worden vanuit Deutsche Bahn door één projectorganisatie uitgevoerd.
De Friesenbrücke ligt in Duitsland en de keuze voor de aanleg van een nieuwe draai-hefbrug is in Duitsland gemaakt (een tunnel viel af vanwege de hoge kosten). De Nederlandse regering of provincie Groningen hebben geen zeggenschap over de uiteindelijke keuze. Nederland betaalt niet mee aan de nieuwe brug. De Wunderline dienstregeling past prima op de nieuwe Friesenbrücke. Tijdens het uitwerken van de plannen voor de nieuwe Friesenbrücke is deze Wunderline dienstregeling als uitgangspunt genomen.
Tussen de verantwoordelijke partijen in Duitsland, Deutsche Bahn (DB) en het Duitse Wasser- und Schifffahrtamt (WSA) is een overeenkomst over het gebruik van de spoorlijn en de waterweg, de Eems. Daarbij is voldoende tijd ingepland om de Wunderline dienstregeling in 2025 mogelijk te maken én voldoende tijd te houden voor het openen en sluiten van de brug en het doorlaten van schepen. De nieuwe Friesenbrücke is 20 minuten per uur beschikbaar voor treinen, 25 minuten per uur voor schepen en heeft 15 minuten per uur nodig om te kunnen openen en sluiten. Daarmee is een evenwichtige verdeling ontstaan voor de schepen en de treinen.
De Wunderline blijft de komende jaren een overstap in Leer houden. Op z'n vroegst zou vanaf 2036 een verbinding zonder overstap mogelijk kunnen zijn.
Uit meerdere onderzoeken uit 2015-2019 bleek dat een treinverbinding met overstap in Leer de beste variant was. Hiermee werd onder meer rekening gehouden met uitvoeringstijd, kosten en dienstregeling,
Tussen Groningen en Leer stopt de sneltrein op de stations Groningen, Europapark, Scheemda, Winschoten, Bad Nieuweschans, Weener en Leer. En verder op de stations Bunde en Ihrhove, zodra die in gebruik worden genomen. De stoptrein rijdt vanaf datzelfde moment tussen Groningen en Winschoten en bedient alle tussenliggende stations.
Er is en blijft voldoende ruimte voor de Wunderline op het hoofdstation Groningen. Op het vernieuwde station komen doorgekoppelde sporen. Als die klaar zijn rijdt de sneltrein Leer-Groningen door als stoptrein naar Leeuwarden.
Ook wordt gekeken of en hoe er in de toekomst een overstapvrije trein kan rijden tussen Groningen en Bremen. De meest kansrijke variant past goed op de beide stations.
De Lelylijn is de voorgestelde spoorverbinding van de Randstad naar Groningen (en Leeuwarden), die door de provincies Flevoland en Friesland loopt. De plannen voor de Lelylijn moeten verder worden uitgewerkt naar een voorlopig ontwerp. Een definitief besluit voor de financiering en aanleg van de Lelylijn moet eind 2024 worden genomen. De Wunderline maakt het mogelijk om in de toekomst met de Lelylijn vanaf Amsterdam via Groningen door te reizen naar Bremen en verder naar Hamburg en Kopenhagen. Daarmee zijn de Lelylijn en Wunderline met elkaar verbonden.
De Nedersaksenlijn betreft de mogelijke verbinding Groningen – Enschede en valt voor een deel samen met het Wunderline-traject. Daarbij is de verbinding naar Veendam al in gebruik en wordt aan de plannen voor Veendam – Stadskanaal gewerkt. Het overige deel van Stadskanaal naar Emmen wordt nog verder ontwikkeld.
In 2012, bij de lancering van de bestuurlijke ambitie in de provincie Groningen om de kwaliteit van de spoorverbinding te verbeteren, is een reistijd van 1.23 uur als uitgangspunt genomen. Bij nader onderzoek is duidelijk geworden dat deze ambitie neerkwam op een hogesnelheidslijn en dat hiervoor de financiële middelen aan beide zijden van de grens ontbraken. In de Samenwerkingsovereenkomst uit 2019 wordt daarom uitgegaan van een regionale treinverbinding met een reistijd van 2.26 uur in 2025 en 2.11 uur na afronding van Bouwstap 2.
De Provinciale Staten van Groningen hebben besloten om niet over te gaan tot elektrificatie, maar om in te zetten op waterstof- en/of batterijtreinen. Dat geldt ook voor de Wunderline.
Samenwerking over de grens, vooral bij grote infrastructuurprojecten, is altijd complexer dan die binnen één land. Niet alleen de verschillende talen (Nederlands en Duits) spelen daarbij een rol, ook zijn er verschillen in onderlinge communicatie en werkwijzen, financiering, verhoudingen binnen de overheid en aanpak. Belangrijk is dat er tussen alle betrokkenen een goede, open en directe communicatie is waarbij iedereen steeds weer voor het gezamenlijke doel gaat, de realisatie van de Wunderline.